door Robert P. Imbelli
door Robert P. Imbelli
Gaudete et Exsultate biedt een rijke reflectie op de roeping tot heiligheid in deze wereld en is geworteld in de spirituele traditie van de kerk én een hartstochtelijk persoonlijk document.
De derde exhortatie van paus Franciscus is gedateerd 19 maart 2018. Zo markeert het de vijfde verjaardag van zijn inauguratie op het feest van Sint-Jozef van 2013 en kan, in veel opzichten, worden gelezen als een samenvatting van de belangrijkste thema’s en zorgen van zijn pontificaat. Hoewel andere geschriften en homilieën van de paus een afspiegeling zijn van de Ignatiaanse spirituele traditie, doet misschien geen enkel document dat op zo treffende wijze als deze exhortatie.
Er is veel om over na te denken in Gaudete et Exsultate en het loont de moeite om het meerdere keren te lezen. Maar voor een eerste indruk is het nuttig om het te benaderen vanuit de invalshoek van de belangrijke meditatie in Sint-Ignatius’ Geestelijke Oefeningen genaamd “Twee standaarden”. Met deze meditatie in het achterhoofd kun je dan beginnen met het laatste hoofdstuk: “Geestelijke strijd, waakzaamheid en onderscheiding”. Franciscus is heel direct: “Het christelijk leven is een voortdurende strijd” en “Er is kracht en moed vereist om aan de verleidingen van de duivel te weerstaan en het evangelie te verkondigen. Deze strijd is heel mooi, omdat hij ons in staat stelt iedere dag te vieren dat de Heer in ons leven overwint” (158).
Verder beweert hij dat de verwijzing van de traditie naar de Boze geen mythe is uit een minder verlichte tijd. Het verlies van ons gevoel voor het bovennatuurlijke camoufleert de ware aard van de strijd die om ons raast. Franciscus vervolgt:
Toen Jezus ons het Onze Vader leerde, wilde Hij dat wij zouden eindigen met aan de Vader te vragen ons te bevrijden van het kwade. De uitdrukking die daar wordt gebruikt, verwijst niet naar het kwaad in abstracte zin en de precieze vertaling is “de Boze”. Het verwijst naar een persoonlijk wezen dat ons aanvalt. Jezus heeft ons geleerd iedere dag te vragen om bevrijding van hem, zodat zijn macht ons niet overheerst. (160)
De keuze die voor ons ligt, is dan onder welke vlag we deelnemen aan de geestelijke strijd. Er staat enorm veel op het spel, maar christenen hebben door hun doop Christus aan hun zijde. Het doel van Gaudete et Exsultate is om bemoediging en richting te geven tijdens de moeizame, maar vreugdevolle reis van groei naar geestelijke volwassenheid in de Heer, van groei in heiligheid. In een prachtige paragraaf aan het begin van het document maakt Franciscus overvloedig de christelijke aard van heiligheid duidelijk:
Heiligheid is in wezen in eenheid met Hem de mysteries van zijn leven beleven. Zij bestaat erin zich op een unieke en persoonlijke wijze te verenigen met de dood en de verrijzenis van de Heer, in het voortdurend sterven en verrijzen met Hem. (…) Het overwegen van deze mysteries, zoals de heilige Ignatius van Loyola voorstelde, is erop gericht om ze gestalte te geven in onze keuzes en onze houdingen. (20)
Je ”scharen onder de standaard van Christus” betekent dan dat we de mysteries van Christus overwegen én ze concreet maken in al onze houdingen en handelingen. Franciscus citeert hier zijn voorganger, Benedictus XVI: “De mate van heiligheid (wordt) gegeven door het gehalte dat Christus in ons bereikt, door de mate waarin wij met de kracht van de Heilige Geest heel ons leven in overeenstemming brengen met het zijne” (21).
Christenen komen onvermijdelijk te staan tegenover twee standaarden, twee wegen: de weg van Christus, van wie de schijnbare duisternis een inleiding is tot eeuwig licht, en de weg van de Vijand, van wie het valse licht alleen maar leidt tot duisternis en wanhoop. En onze keuze vereist dagelijkse vernieuwing en nieuwe inzet. Vandaar, volgens de paus, de dringende behoefte aan onderscheiding. We weten hoe dierbaar het thema van de onderscheiding is voor Franciscus en hoe onmisbaar het is voor het spirituele leven. Maar ik denk dat zijn ontwikkeling van het onderwerp in het laatste hoofdstuk van de exhortatie bijzonder genuanceerd en nuttig is.
Hij komt onmiddellijk tot de kern van de zaak: “Hoe kan men weten of iets komt van de Heilige Geest of voortkomt uit de geest van de wereld of de geest van de duivel?” (166). Onderscheiding gaat niet in de eerste plaats over de te nemen beslissing. Het omvat het moeilijkere en moeizamere proces om te onderscheiden welke geest ons beweegt. Onderscheiding vereist dus veel meer dan gezond verstand. Echte onderscheiding is een genade, “een gave waarom men moet vragen” (166), want we zijn allemaal vatbaar voor zelfbedrog; niemand is daar immuun voor. De paus zegt daarom nadrukkelijk: “Daarom vraag ik alle christenen niet na te laten iedere dag in dialoog met de Heer, die ons liefheeft, een eerlijk gewetensonderzoek te doen” (169).
In Gaudete et Exsultate verduidelijkt Franciscus, als een goede geestelijke begeleider, zowel de prijs die christenen in het vooruitzicht wordt gesteld als de specifieke valkuilen waarmee ze worden geconfronteerd in de hedendaagse individualistische consumptiemaatschappij. Zelfs “onderscheiding” kan worden gepresenteerd als een mogelijke optie in deze allesverslindende cultuur, een “zapcultuur”. Vandaar zijn krachtige herinnering:
Op het spel staat niet alleen mijn tijdelijk welzijn, of de bevrediging iets nuttigs te doen of het verlangen naar een gerust geweten. Het heeft van doen met de zin van mijn leven ten overstaan van de Vader, die mij kent en mij liefheeft; de ware Vader, voor wie ik mijn bestaan kan geven, dat niemand beter kent dan Hij. De onderscheiding leidt uiteindelijk naar de bron van het eeuwige leven. “Dat betekent dat zij U, de enige waarachtige God, leren kennen, en ook degene die U gezonden hebt: Jezus Christus” (Joh. 17, 3). (170)
We verheugen ons en jubelen omdat ons te drinken is gegeven uit die bron van leven, en we verlangen om er nog meer uit te drinken, om verder te gaan op de weg van Christus, de Heilige die ons tot heiligheid roept.
Uit: America, the Jesuit Review, 8 april 2018
De auteur is priester van het aartsbisdom New York. In 2014 verscheen zijn Rekindling the Christic Imagination: Theological Meditations for the New Evangelization.
Vertaling en bewerking: Wiggert Molenaar S.J.
Bekijk alle artikelen van Cardorner