Over geestelijke begeleiding, in ignatiaans perspectief of anders, is al veel geschreven, ook in het Nederlands. Ik denk aan The Practice of Spiritual Direction van Barry en Connolly en De genade kan meer van André Louf. Met het nieuwste boek van Jos Moons in de hand dacht ik dan ook onwillekeurig: “Nóg een boek over geestelijke begeleiding?” De auteur belooft echter dat dit boek ánders is, een “praktijkboek” dat “concrete, heldere, praktische handvatten” geeft. Is hij hierin geslaagd?
Over geestelijke begeleiding, in ignatiaans perspectief of anders, is al veel geschreven, ook in het Nederlands. Ik denk aan The Practice of Spiritual Direction van Barry en Connolly en De genade kan meer van André Louf. Met het nieuwste boek van Jos Moons in de hand dacht ik dan ook onwillekeurig: “Nóg een boek over geestelijke begeleiding?” De auteur belooft echter dat dit boek ánders is, een “praktijkboek” dat “concrete, heldere, praktische handvatten” geeft. Is hij hierin geslaagd?
Goed is dat hij in meerdere opzichten over zijn boek relativeert; zo geeft hij nadrukkelijk aan dat er naast de ignatiaanse traditie nog andere zijn. Verder wil hij niet dat zijn boek wordt geïnterpreteerd als “keurslijf”; het is bedoeld om de weg te wijzen, zonder de suggestie dat een gesprek een rechtlijnig verloop heeft. Iedere geestelijk begeleider zal hier van harte mee instemmen.
De kern van De kunst van geestelijke begeleiding bestaat uit zes hoofdstukken waarin steeds een handvat gegeven wordt (rustig aan, verdiepen, evalueren, …) en die samen “een soort programma” vormen. Volgens mij hangt de effectiviteit van een praktijkboek sterk af van de casussen en hier werd ik positief verrast. Door de hoofdstukken heen volgen we een aantal begeleiden/retraitanten en hun begeleiders en het is alsof je bij de gesprekken aanwezig bent.
Als doelgroepen worden genoemd aspirant-begeleiders en begeleiders met ervaring, die door het lezen van dit boek steviger in hun schoenen kunnen komen te staan. Ik reken mezelf bij de tweede groep en ben in bepaalde opzichten bevestigd, maar had zeker ook leermomenten, bijv. in het themahoofdstuk over roepingsbegeleiding. Zijn opmerking over het belang van de “binnenkant van het geloof” (gebed) naast de “buitenkant” (orthodoxie en orthopraxis) vind ik erg belangrijk.
Tijdens opleidingsdagen in het kader van permanente vorming merk ik steeds dat een aantal van de mededeelnemers afkomstig is uit niet-rooms-katholieke kerken. Hetzelfde valt op bij de achtergrond van retraitanten. Dit boek is expliciet ook gericht aan begeleiders uit deze tradities – een oecumenische benadering dus, die volgens de schrijver van een van de Aanbevelingen zeer gewaardeerd wordt.
Ik sluit me aan bij deze waardering en ook hierom is dit boek is de moeite waard.
Jos Moons s.j., De kunst van geestelijke begeleiding, Berne Media, Heeswijk, 2019, 155 blz., € 19,90
Bekijk alle artikelen van Cardorner